Belastingverschuiving in de bouw FAQ

Wat is de ‘taxshift’?

De ’taxshift’ is een belastingverschuiving waarbij vervuiling en gebruik van natuurlijke hulpbronnen zwaarder belast worden en arbeid juist minder wordt belast. Voor de bouw betekent dit bijvoorbeeld een hogere prijs op de uitstoot van CO2 en stikstof, op primaire materialen, fossiele brandstoffen en afval. De inzet van mensen wordt juist goedkoper. Bovendien houden werknemers door lagere belastingen en premies meer over op hun loonstrook. De taxshift is een integrale aanpak van sociale- en milieuproblemen.

Waarom is dit onderzoek opgezet?

Zonder belastinghervorming haalt Nederland de circulaire doelstellingen niet. Om circulair bouwen ‘het nieuwe normaal’ te maken, moet het kunnen concurreren met conventionele bouw. We hebben in een eerste pilot gezien dat in het huidige fiscale stelsel circulair bouwen duurder is dan traditioneel bouwen. Dat komt ten eerste omdat de bouwsector arbeidsintensief is; een groot gedeelte van een bouwproject bestaat immers uit loonkosten. Circulair bouwen is nóg arbeidsintensiever, met name omdat secundaire bouwmaterialen weer gereed gemaakt moeten worden voor een tweede leven, zodat ze weer hoogwaardig toegepast kunnen worden. Ook moeten circulaire bouwmaterialen zien te concurreren met lineaire bouwmaterialen, waarbij in de prijs de milieukosten (zoals CO2-uitstoot, uitputting van grondstoffen en andere milieueffecten) niet opgenomen zijn. Circulair bouwen wordt goedkoper als het fiscale stelsel arbeid lager gaat belasten en vervuilende materialen hoger gaat belasten.

Dit onderzoek levert data en inzichten op waarmee we concreet kunnen zien wat de fiscale systeemwijziging zou opleveren op niveau van een bouwproject.

Hoe wordt dit onderzocht?

Op de Floriade 2022 brengen we voor vijf paviljoens drie varianten in kaart:

  • Variant 1: de conventionele lineaire (niet duurzame) variant;
  • Variant 2: de door het paviljoen voorgestelde variant;
  • Variant 3: de meest circulaire/ duurzame variant.

Vervolgens wordt voor deze drie varianten doorgerekend wat de begroting zou zijn voor en na een doorgevoerde lastenverschuiving waarbij:

  • De lasten op arbeid worden verlaagd;
  • Een milieuheffing wordt toegepast voor milieu-effecten (o.b.v. LCA);
  • Een aanvullende heffing wordt toegepast op het gebruik van primaire materialen en/of een stortbelasting wordt toegepast voor de sloop.

Welke paviljoens worden onderzocht? 

Daarnaast worden de data vertaald naar een fictieve woning die representatief is voor de aankomende woningbouwopgave, waarmee we de relevantie van deze pilot nog verder verhogen.

Wat is de verwachte uitkomst van dit onderzoek?

Dat door belastingverschuiving van arbeid naar grondstoffen de conventionele (niet duurzame) variant duurder wordt en de meest circulaire, duurzame variant goedkoper.

Wat voegt dit onderzoek toe ten opzichte van het eerste onderzoek?

Wij willen in dit onderzoek vooral de lessen van het eerste onderzoek meenemen. We zien daarin drie belangrijke aanknopingspunten:

  1. Koppeling naar beleid. In het eerste onderzoek zijn vier unieke projecten onderzocht. Dit maakte het lastig om de uitkomsten te extrapoleren naar de aankomende bouwopgave in Nederland, en dus ook iets te zeggen over het effect van een belastingverschuiving op beleidsdoelen. We weten natuurlijk dat de paviljoens niet persé de Nederlandse bouwopgave vertegenwoordigen, maar we gaan wel met de materialen die in de paviljoens zijn toegepast een gemiddelde woning fictief materialiseren. Hiermee willen we in kaart brengen wat de potentie is van een belastingverschuiving voor de aankomende woningbouwopgave.
  2. Meer data over arbeid. In het eerste onderzoek hebben we enkel gewerkt met de bouwkosten van de hoofdaannemer., terwijl er nog veel ‘verborgen’ arbeidskosten zitten in de gebruikte materialen. Hierdoor was in het eerste onderzoek ook een conservatief effect te zien van het verlagen van de lasten op arbeid. Door dieper in de keten cijfers over arbeid op te halen hopen we een realistischer beeld te kunnen schetsen van de potentie van de lastenverlichting op arbeid.
  3. Ook ‘onbetaalbare’ circulaire maatregelen in kaart. In het eerste onderzoek hebben wij gezien dat circulaire projecten ca. 1-7% meerkosten kennen. Dit is een conservatieve inschatting. [laatste deel begrijp ik niet?] Ondernemers geven namelijk aan dat in de planning van het bouwproces circulaire opties zijn afgevallen vanwege te hoge kosten. Om deze reden brengen wij in dit onderzoek ook een derde variant in kaart: de circulaire+. Hiermee willen we een realistischer beeld van de meerkosten van optimaal circulair bouwen in kaart brengen.

Welke inzichten leverde het eerste onderzoek op? 

  • De investeringskosten van circulair bouwen en slopen liggen hoger dan die van lineair bouwen en slopen. Op basis van drie projecten schatten we in dat de meerkosten tussen de 1,7-7%* liggen (*conservatieve schatting op basis van beperkte data);
  • De milieu-impact van circulair bouwen en slopen is lager dan die van lineair bouwen en slopen. Op basis van de vier onderzochte projecten zien we een totale emissiereductie van 1.150 ton CO2-eq, wat gelijk staat aan € 145.000 in milieukosten;
  • Circulair bouwen en slopen leiden tot arbeidsvraag. De vier projecten leiden gezamenlijk tot een toegenomen arbeidsvraag van tien voltijd banen;
  • Een lastenverschuiving maakt circulair bouwen en slopen concurrerender. We zien dat een lastenverschuiving van arbeid naar materialen leidt tot concurrerende investeringskosten voor circulair bouwen en slopen ten opzichte van de lineaire investeringskosten.

Wanneer en hoe wordt het resultaat van dit onderzoek gepresenteerd?

De publicatie van deze pilot staat gepland voor begin 2023.

Welke organisaties zijn betrokken bij dit onderzoek?

Copper8PRICEArcadis, The Ex’tax ProjectSuperuse en Het Groene Brein.

Hoe wordt dit onderzoek mogelijk gemaakt?

Het onderzoek wordt gefinancierd door de Goldschmeding Foundation, waarbij verschillende partners ook een in-kind bijdrage doen.

Waarom gaan de fiscale verlaging op arbeid en de verhoging op vervuilende maatregelen hand in hand? Kunnen deze niet solitair worden ingezet?

Circulaire bouw heeft op dit moment nog een dubbel competitief nadeel. Ten eerste moet circulaire bouw concurreren met bedrijven die gratis mogen vervuilen en niet hoeven betalen voor de uitputting van natuurlijke hulpbronnen, gezondheidseffecten en verlies aan biodiversiteit. Ten tweede vereisen circulaire activiteiten (zoals hergebruik, reparatie en onderhoud) meer tijd en aandacht van werknemers; ze zijn arbeidsintensief. In de huidige krappe arbeidsmarkt is de concurrentie om werknemers moordend. Het is daarom nog lastiger en duurder om werknemers te vinden, te behouden en op te leiden. Het is inmiddels duidelijk dat losse maatregelen de fundamentele uitdagingen op het gebied van het milieu en de arbeidsmarkt niet oplossen. Daarom moet worden gekeken naar een integrale aanpak.

Waar kan ik meer informatie vinden over de taxshift ?

Meer informatie over de taxshift kunt u vinden op de website van Ex’tax: Turning tax into a force for good | The Ex’tax Project (ex-tax.com)

De eerdere publicatie waarop dit onderzoek is gebaseerd vindt u hier: Fiscale Vergroening in de Bouw – Copper8